EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01
Nederlands - 4
Warme start
Ga te werk zoals beschreven onder „Koude start van
de motor”, maar sta slap 4 over.
Wanneer de motor niet start of niet regelmatig loopt,
gaat u te werk zoals beschreven onder „Koude start
van de motor” en plaatst u de choke tussen „On” en
„Off”.
Stoppen
1. Zet de gashendel 19 in de stand „Stoppen”.
2. Zet de motor-uitzetschakelaar 18 op OFF.
Handrem
De handrem wordt voornamelijk gebruikt als onder-
steuning bij het stoppen op hellingen en om de
maaier te parkeren. Bedien de handrem niet wanneer
de aandrijving vastgekoppeld is, dus wanneer de
hendel voor de wielaandrijving bediend is. Gebruik
de handrem niet in het algemeen om te remmen,
maar alleen zoals voorzien. Daardoor voorkomt u
voortijdige slijtage van het rubber van de aandrijfwal-
sen.
Gebruik van de handrem:
Losmaken
Trek de remhendel
23 vanaf de stand „(P)” (par-
keerstand) naar achteren en vervolgens naar vo-
ren in de stand „0” (rem los).
Remmen
Trek de remhendel 23 naar achteren in de rem-
stand. Zet de hendel van de handrem in de
stand „(P)” wanneer u de maaier wilt parkeren.
Maaimes en achterste rol vastkoppelen
1. Controleer dat de koppelingshendel voor het
maaimes 24 in de inkeping is vastgeklikt.
2. Start de motor en maak de handrem los.
3. Duw de rode veiligheidsgrendel 25 naar voren en
trek de hendel voor de wielaandrijving 2 langzaam
naar boven.
4. Laat de rode veiligheidsgrendel 25 los.
5. Stel de snelheid naar wens in door de gashen-
del 19 tussen en te verstellen.
6. Laat de hendel voor de wielaandrijving 2 los wan-
neer u wilt stoppen.
Alleen de achterste rol vastkoppelen
Let op: Ter voorkoming van schade aan de overbren-
ging moet de maaier beslist stilstaan.
Duw de koppelingshendel voor het maaimes 24
zijwaarts en uit de inkeping.
Controleer voor het maaien het oliepeil in de motor
en vul de benzinetank indien nodig met brandstof.
Geadviseerd wordt om aan het einde van het
maaiseizoen de brandstoftank slechts zover met
brandstof te vullen als voor het maaien nodig is,
aangezien bij het opbergen de benzinetank leeg
moet zijn.
U bereikt optimale maairesultaten wanneer u
vanaf de rand van het gazon met maaien begint
en verder maait in een L-vorm. Aan het einde
haaks vooruit en de vorige baan licht overlap-
pend weer terug.
Neem bij de volgende keer maaien de tegengestelde
hoek. Hierdoor voorkomt u het ontstaan van oneffen-
heden van het grondoppervlak door voortdurend
maaien in dezelfde richting.
Zet de maaier stil en trek de bougiestekker los
van de bougie.
Opmerking: Voer de volgende onderhoudswerk-
zaamheden regelmatig uit zodat u verzekerd bent van
een lang en probleemloos gebruik.
Controleer de gazonmaaier regelmatig op zichtbare
gebreken zoals losse of beschadigde messen, losse
verbindingen en versleten of beschadigde delen.
Controleer of afschermingen en veiligheidsvoorzie-
ningen niet beschadigd zijn en juist zijn aangebracht.
Voer voor het gebruik eventueel noodzakelijke on-
derhouds- of reparatiewerkzaamheden uit.
Reinig de maaier aan de buitenkant grondig met een
zachte borstel en een doek. Gebruik geen water, op-
losmiddel of polijstmiddel. Verwijder alle vuil volle-
dig, in het bijzonder van het luchtfilter en de koelrib-
ben van de motor.
Wanneer de gazonmaaier ondanks zorgvuldige pro-
ductie- en testprocédés toch defect raakt, moet de re-
paratie door een erkende klantenservice voor ATCO.
Vermeld bij vragen en bestellingen van vervangings-
onderdelen altijd het bestelnummer van 10 cijfers van
de machine.
H
I
H
H
H K
K
Maaien
Onderhoud
J
CLUB/ROYALE - Buch Seite 4 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14
55 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01