McCulloch Inline 1650 Chainsaw User Manual


 
Elke 2-3 werkuren
Controleer het zwaard, en reinig indien nodig
zorgvuldig de smeergaten (fig.5) en de
kettinggeleider (fig.6); indien deze versleten is
of diepe putten vertoont moet hij worden
vervangen. Maak het kettingwiel regelmatig
schoon en controleer of het tekenen van
slijtage vertoont (fig.7).
Smeer het neuswiel van het zwaard met
lagervet via de aangegeven opening (fig.8).
Vijlen van de ketting (wanneer nodig)
Als de ketting niet zaagt zonder dat men het
zwaard tegen het hout drukt en als het
zaagsel zeer fijn is, is dit een teken dat de
ketting niet goed scherp is. Als de snede
geen zaagsel produceert, dan is de snijkant
van de ketting volledig afgesleten en wordt
het hout bij het zagen verpulverd. Een goed
geslepen ketting gaat moeiteloos door het
hout en vormt grof, lang zaagsel.
Het snijdende gedeelte van de ketting wordt
gevormd door de snijschakel (fig.9), met een
snijtand (fig.10) en een dieptesteller (fig.11).
Het hoogteverschil hiertussen bepaalt de
zaagdiepte; om een goede scherpte te
verkrijgen zijn een vijlgeleider en een ronde
vijl met een diameter van 4mm vereist. Ga als
volgt te werk: met de ketting gemonteerd en
correct gespannen, de kettingrem inschakelen
en de vijlgeleider loodrecht op het zwaard
plaatsen zoals in de afbeelding getoond
(fig.12). Vijl de snijtand met de aangegeven
hoek (fig.13), steeds van de binnenkant naar
de buitenkant en met afnemende druk bij de
teruggaande beweging (het is van groot
belang dat deze aanwijzingen worden
opgevolgd: een overmatige of onvoldoende
slijphoek of een verkeerde vijldiameter
verhoogt de kans op terugslag). Om een
betere precisie op de zijhoeken te verkrijgen
wordt aangeraden de vijl zo te plaatsen dat hij
verticaal ca. 0,5 mm over de bovenste
snijkant steekt. Vijl eerst alle tanden aan de
ene kant, draai daarna de machine om en vijl
de tanden aan de andere kant. Zorg ervoor
dat een gelijke lengte van alle tanden wordt
verkregen en dat de hoogte van de
dieptestellers 0,6mm lager is dan de bovenste
snijkant: controleer de hoogte met behulp van
een kaliber en vijl (met een platte vijl) het
uitstekende gedeelte af, en werk het voorste
gedeelte van de dieptesteller rond af (fig.14),
waarbij u erop moet letten dat u NIET ook de
terugslag-beschermingstand afvijlt (fig.15).
Elke 30 werkuren
Breng de machine naar een erkende
servicewerkplaats voor een algemene
nakijkbeurt en een controle van de
remonderdelen
H. ZAAGTECHNIEKEN 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10,11,12,13,14
Voorkom het volgende tijdens gebruik: (fig.1)
-- zaagwerk in situaties waarbij de stam
tijdens het zagen kan breken (hout onder
spanning, droge dode bomen, etc.): een
onverwachte breuk kan zeer gevaarlijk zijn.
- dat het zwaard of de ketting in de snede
geklemd raakt: mocht dit gebeuren, de
machine van het voedingsnet afkoppelen en
probeer de stam op te tillen door een geschikt
middel als hefboom te gebruiken; tracht de
machine niet te bevrijden door schudden of
trekken, omdat u hiermee schade of letsel
kunt veroorzaken.
- situaties die de kans op terugslag kunnen
verhogen.
-het product boven schouderhoogte te gebruiken
-hout te zagen waarin vreemde objecten zoals
spijkers zitten
Tijdens het gebruik: (fig.1)
- Indien u op hellend terrein werkt, blijf dan boven
de stam, zodat deze u niet kan raken mocht hij
naar benden rollen.
- Bij het vellen van bomen het werk altijd afmaken:
een gedeeltelijk gevelde boom kan breken.
- Na beëindiging van elke snede voelt u een
aanzienlijke verandering in de kracht die nodig is om
de machine vast te houden. Wees zeer voorzichtig
zodat u de controle over de machine niet verliest.
In de onderstaande tekst wordt verwezen
naar de volgende twee zaagmethodes:
Zagen met getrokken ketting (van boven naar
beneden) (fig.2), waarbij het risico bestaat van
een plotselinge beweging van de machine
naar de stam toe met als gevolg
controleverlies, gebruik indien mogelijk de
veltand tijdens het zagen.
Zagen met geduwde ketting (van onder naar
boven) (fig.3): hierbij bestaat het gevaar van
een plotselinge beweging van de machine
naar de gebruiker toe, met het risico dat deze
geraakt wordt, of stoten van de risicozone
tegen de stam met als gevolg terugslag; bij
deze zaagmethode is grote voorzichtigheid
geboden.
De meest veilige methode om de machine te
gebruiken is met het hout op de zaagbok
geblokkeerd, van boven naar onder zagend
en op het gedeelte buiten de steun. (fig.4)
Gebruik van de veltand
Gebruik wanneer mogelijk de veltand om
veiliger te werken: plant hem in de schors of
het stamoppervlak, zodat u gemakkelijker de
controle over de machine bewaart.
NEDERLANDS - 8