Husqvarna 952802154 Chainsaw User Manual


 
ONDERHOUD
424 – Dutch
1154212-26 Rev.3 2012-02-22
Gashendelvergrendeling
Controleer of de gashendel vergrendeld is in de
stationaire stand wanneer de gashendelvergrendeling
in de oorspronkelijke stand staat.
Druk de gashendelvergrendeling in en controleer of ze
ter
uggaat naar de oorspronkelijke positie wanneer u
haar loslaat.
Controleer of de gashendel en de
gashendelv
ergrendeling vlot lopen en of hun
terugspringveersystemen werken.
Start de motorkettingzaag en geef vol gas. Laat de
gashendel los en controleer of de ketting stopt en stil
b
lijft staan. Als de ketting roteert wanneer de gashendel
in de stationaire stand staat, moet de stationair
instelling van de carburateur gecontroleerd worden.
Kettingvanger
Controleer of de kettingvanger niet beschadigd is en of hij
vast zit in de het motorzaaghuis.
Rechterhandbescherming
Controleer of de rechterhandbeveiliging geen zichtbare
beschadigingen vertoont, bijv. materiaalbarsten.
Trillingdempingssysteem
Controleer het trillingdempingselement regelmatig op
materiaalbarsten en vervormingen.
Controleer of het trillingdempingselement vast verankerd is
tussen de motoreenheid en de handvateenheid.
Stopschakelaar
Start de motor en controleer of de motor wordt
uitgeschakeld wanneer de stopschakelaar in de stopstand
wordt gezet.
Geluiddemper
Gebruik de machine nooit wanneer de geluiddemper
defect is. Controleer regelmatig of de geluiddemper vastzit
in de machine.
Let op: De vonkenvanger (A) op deze machine is
v
ervangbaar.
(50) Een beschadigd net mag nooit worden
teruggeplaatst. Bij verstopping van het net zal de machine
oververhitten waardoor de zuiger en cilinder kunnen
worden beschadigd. Gebruik de machine nooit als de
geluiddemper in slechte staat is.
Gebruik de knalpot
nooit wanneer het vonkenopvangnet ontbreekt of
defect is.
De normale privégebruiker hoeft de geluiddemper en de
vonkenvanger niet te vervangen.
Luchtfilter
Het luchtfilter dient regelmatig te worden schoongemaakt
(stof en vuil verwijderen) om de volgende problemen te
vermijden:
Storingen van de carburateur
Moeilijkheden bij het starten
Vermogensverlies
Onnodige slijtage van de motoronderdelen.
Abnormaal hoog brandstofverbruik
Het luchtfilter (3) wordt gedemonteerd nadat u het
cilinderdeksel, de bout (1) en het luchtfi
lterdeksel (2)
hebt weggehaald. Bij het weer in elkaar zetten dient u te
controleren of het filter helemaal tegen de filterhouder
ligt. Reinig het filter door het te schudden of af te
borstelen.
(51)
Voor grondiger reinigen kunt u water en zeep gebruiken.
Na een lange gebruiksperiode kan het luchtfilter niet meer
w
orden gereinigd. Daarom moet het filter regelmatig
vervangen worden.
Een beschadigd luchtfilter moet
altijd vervangen worden.
Bougie
De volgende factoren zijn van invloed op de conditie van de
bougie:
Een incorrecte afstelling van de carburateur.
Een verkeerd oliemengsel in de brandstof (te veel of
v
erkeerde olie).
Een vuil luchtfilter.
Deze factoren veroorzaken afzettingen op de elektroden
v
an de bougie, wat tot motordefecten en
startmoeilijkheden kan leiden.
Wanneer de machine te weinig vermogen heeft, moeilijk
star
t of onregelmatig onbelast draait, dient u altijd eerst de
bougie te controleren voor u andere maatregelen neemt.
Maak de bougie schoon als ze verstopt is en controleer of
de afstand tussen de elektroden 0,5 mm bedraagt. De
bougie moet na een maand gebruik, of eerder indien
nodig, vervangen worden.
(52)
Let op! Gebruik steeds het correcte bougietype! Andere
types kunnen de zuiger/cilinder beschadigen. Zorg ervoor
dat de bougie zog. radio-ontstoring heeft.