Husqvarna 952802154 Chainsaw User Manual


 
ARBEIDSTECHNIEK
Dutch – 421
1154212-26 Rev.3 2012-02-22
Zaag van boven naar beneden door de hele stam. Wees
voorzichtig op het einde van de motorzaagsnede zodat u
voorkomt dat de ketting de grond raakt. Blijf vol gas geven
maar wees bereid om te reageren indien dit nodig mocht
zijn.
(37)
Als dit mogelijk is (kan de stam geroteerd worden?) zaag
de stam dan voor 2/3 door.
Roteer de stam zo dat de resterende 1/3 van bovenaf kunt
zagen.
De stam wordt aan één kant ondersteund. Groot risico
op splijten.
Begin met van onder naar boven te zagen (ca. 1/3 van de
stamdiameter).
Zaag de stam daarna van boven naar beneden door zodat
de tw
ee zaagsneden elkaar ontmoeten.
De stam wordt aan beide kanten ondersteund. Groot
risico dat de ketting wordt vastgeklemd.
Begin met van onder naar boven te zagen (ca. 1/3 van de
stamdiameter).
Zaag de stam daarna van boven naar beneden door zodat
de tw
ee zaagsneden elkaar ontmoeten.
Veltechniek
Veiligheidsafstand
De veiligheidsafstand tussen de boom die geveld zal
worden en de dichtstbijzijnde werkplek moet ten minste 2
1/2 boomlengtes bedragen. Zorg ervoor dat niemand zich
voor en tijdens het vellen in deze ”risicozone” bevindt.
(38)
Velrichting
Bij het vellen van bomen is het de bedoeling dat de boom
zo geveld wordt dat het snoeien en het doorzagen van de
gevelde boom in zulk ”eenvoudig” terrein als mogelijk kan
gebeuren. U moet er veilig kunnen gaan en staan.
Nadat u bepaald heeft in welke richting u wilt dat de boom
v
alt, moet u ook beoordelen wat de natuurlijke valrichting
van de boom is.
Die wordt bepaald door de volgende factoren:
Helling
Hoe gebogen de boom is
Windrichting
Takkenconcentratie
Eventueel gewicht van de sneeuw op de boom
Obstakels binnen de reikwijdte van de boom: bijv.
andere bomen, elektr
iciteitsleidingen, wegen en
gebouwen.
Kijk naar schade of rot in de stam, waardoor het
w
aarschijnlijk is dat de boom breekt en valt voordat u dit
verwacht.
Na deze beoordeling kan men gedwongen zijn om de
boom in zijn natuur
lijke richting te laten vallen omdat blijkt
dat het onmogelijk of te gevaarlijk is om te proberen de
boom in de gewenste richting te laten vallen.
Een andere belangrijke factor, die geen invloed heeft op de
v
alrichting, maar wel belangrijk is voor uw persoonlijke
veiligheid, is dat u moet controleren of de boom geen
beschadigde of ”dode” takken heeft die af kunnen breken
en u kunnen verwonden.
In de eerste plaats moet voorkomen worden dat de
v
allende boom vastraakt in een andere boom. Het is erg
gevaarlijk om zoín vastgeraakte boom op de grond te
krijgen en het ongevalsrisico is erg groot. Zie instructies in
het hoofdstuk Hanteren van een mislukte poging.
Onderste gedeelte van de stam snoeien en vluchtweg
Haal altijd tot schouderhoogte de takken van de stam. Het
is het veiligst van onder naar boven te werken en de stam
tussen u en de motorkettingzaag te houden.
Verwijder de vegetatie rond de boom en controleer of er
e
ventuele hindernissen (stenen, takken, kuilen enz.) zijn
zodat u gemakkelijk weg kunt komen wanneer de boom
begint te vallen. De vluchtweg moet in een hoek van circa
135
° (schuin achterwaarts) tegenover de geplande
valrichting liggen.
(39)
1 Risicozone
2 Vluchtweg
3 Velrichting
Vellen
Het vellen gebeurt met drie zaagsneden. Eerst maakt men
een inkeping die bestaat uit een bovenste inkeping en een
onderste inkeping, en daarna wordt het vellen beëindigd
met een zaagsnede. Door de inkepingen en de
motorzaagsnede op de juiste plaats aan te brengen, kan
men de valrichting erg nauwkeurig sturen.
Inkeping
Bij het aanbrengen van de inkeping begint men met de
bovenste inkeping. Sta aan de rechterkant van de boom en
zaag met trekkende ketting.
Breng daarna de onderste inkeping aan zodat die eindigt
w
aar de bovenste inkeping eindigt.
(40)
De inkepingsdiepte moet 1/4 van de stamdiameter
bedragen en de hoek tussen de bovenste en de onderste
inkeping ten minste 45
°.
De beide inkepingen ontmoeten elkaar op de inkepinglijn.
De ink
epinglijn moet volkomen horizontaal liggen en
tegelijkertijd een rechte hoek (90
°) vormen met de
gekozen valrichting.
(41)
Zaagsnede
De motorzaagsnede wordt aangebracht vanaf de andere
kant van de boom en moet volkomen horizontaal liggen.
Sta links van de boom en zaag met trekkende ketting.
Breng de motorzaagsnede ca. 3-5 cm (1,5-2") boven de
hor
izontale lijn van de inkeping aan.
Steek de schorssteun (indien deze gemonteerd is) achter
het scharnierstuk. Zaag met vol gas en duw de ketting/het
zaagblad langzaam in de boom. Let op of de boom niet in
BELANGRIJK! Voor het vellen van een boom is veel
techniek vereist. Een onervaren motorkettingzaaggebruiker
mag geen bomen vellen met de motorzaag. Voer nooit
taken uit waarvoor u niet voldoende gekwalificeerd bent!
BELANGRIJK! Op kritieke velmomenten moeten de
gehoorbeschermers direct na het voltooien van de
motorzaagwerkzaamheden opgeklapt worden, zodat u
geluiden en waarschuwingssignalen kunt opmerken.
!
WAARSCHUWING! We raden
involdoende gekwalificeerde gebruikers
ten sterkste af bomen te vellen met een
zaagbladlengte die kleiner is dan de
stamdiameter!