13
Binnen-/buitenthermometer
met geheugen
Hoofdunit:
A. Dag van de week
B. Pictogram batterij
C. Buitentemperatuur
D. Binnentemperatuur
E. Hoogste geregistreerde temperatuur en datum
F. Laagste geregistreerde temperatuur en datum
G. Pictogram signaaldetectie
H. Datum
I. Tijd
1. Max/min-toets
2. History-toets (historie)
3. Clear-toets (wistoets)
4. (+)-toets
5. Set-toets (insteltoets)
6. (-)-toets
7. Re-sync-toets (opnieuw synchroniseren)
8. ºC/ºF-toets
9. Reset-toets
Externe sensor :
10. Reset-toets
Voor u begint
1.0 Instelprocedure:
1. Plaats eerst de batterijen in de hoofdunit en druk daarna één keer op de RESET-
toets.
2. Plaats de hoofdunit zo dicht mogelijk naast de externe sensor en plaats de bat-
terijen in de externe sensor. Druk daarna op de RESET-toets.
BELANGRIJK: De datum en de tijd moeten eerst ingesteld worden voor de hoofdunit
het signaal van de externe sensor kan ontvangen. (Zie hoofdstuk 3.0)
3. Plaats de hoofdunit en de externe sensor binnen het zendbereik dat onder normale
omstandigheden 30 tot 45 meter bedraagt. Het bereik is afhankelijk van de gebruik-
te bouwmaterialen en de plaats waar de hoofdunit en de externe sensor opgehangen
worden. Probeer verschillende locaties uit en kijk wat het beste resultaat geeft.
OPMERKING: Hang de externe sensor in de schaduw voor nauwkeurige meetresultaten.
1.1 Beginnen
Nadat de externe sensor ingeschakeld is (of nadat er op de RESET-toets is gedrukt),
moet u eerst de datum en de tijd instellen. Nadat dit gebeurd is, zendt de sensor een
signaal naar de hoofdunit. De hoofdunit probeert 5 minuten om het signaal te vinden.
Als het signaal opgevangen wordt, veranderen de streepjes (--.-°F) op de hoofdunit
in de buitentemperatuur van dat moment. Druk op de RE-SYNC-toets op de hoofdunit
als de buitentemperatuur na 5 minuten niet op het scherm verschijnt. De hoofdunit
probeert nu gedurende 6 minuten het signaal te vinden.